Klassieke rubriek van Coen Jansen | Aflevering 19
In deze aflevering over Russisische muziek staat wederom één belangrijke Russische componist centraal; Nikolai Rimsky-Korsakov (1844-1908); componist (van oa prachtige opera's, symfonieën, soloconcerten, kamermuziek, pianomuziek en koorwerken, liederen met pianobegeleiding, vele arrangementen van Russische volksliederen en beeldende programmatische orkestwerken), muziekpedagoog en dirigent. Rimsky-Korsakov's muziek is wereldberoemd geworden dankzij de voor hem zo kenmerkende zéér kleurrijke, geraffineerde orkestklank die hij met zijn ongeëvenaarde warme en weelderige instrumentatie/orkestratie wist te bereiken.
Rimsky-Korsakov werd geboren in een adellijke familie en kreeg, zoals in die kringen gebruikelijk was in het Tsaristisch Rusland, een gedegen militaire opleiding om een militaire carriere te kunnen beginnen. Later is hij zich geheel gaan wijden aan het componeren.
Hij werd inspecteur van de Russische marinierskapel en hoogleraar compositie en instrumentatie aan het Conservatorium van Sint-Petersburg. Veel prominente Russische componisten, die dankzij hun leraar ook bekend geworden zijn vanwege hun prachtige, kleurrijke partituren hebben bij Rimsky-Korsakov gestudeerd, zoals oa; Ljadov, Arenski, Ippolitov-Ivanov, Glazoenov, Strawinsky, Prokofjev die in de komende aflevering te beluisteren is) en de Italiaan Ottorino Respighi (in aflevering 7; Italië nog te beluisteren). Ook in het buitenland trad Rimsky-Korsakov succesvol op als dirigent, verder was hij lid van de door Balakirev opgerichte groep "Het Machtige Hoopje" (vijf componisten; Balakirev, Borodin, Moessorgski, Cui en Rimsky-Korsakov die los van, en zonder invloeden uit het Westen een nationalistische Russische muziekstijl wilden ontwikkelen). Rimsky-Korsakov zette zich belangeloos in voor zijn bevriende collega's; hij voltooide, bewerkte, verbeterde en instrumenteerde werken van oa Borodin (Vorst Igor) en Moessorgski (Boris Godoenov, Chovansjtsjina, Een nacht op de Kale Berg). Hij publiceerde ook muziekpedagogische en -theoretische werken die tot op de dag van vandaag nog steeds als standaardwerken gebruikt worden. Een willekeurige greep uit Rimsky-Korsakov's rijke oeuvre;
*"De vlucht van de hommel" zal iedereen wel kennen. Het was oorspronkelijk geschreven als een orkestraal-intermezzo voor de opera "De geschiedenis van Tsaar Saltan", maar is later bewerkt tot virtuoze solo voor vrijwel alle instrumenten en is een echt showstuk geworden waarbij het dan de sport is om het zo snel mogelijk te spelen.
**Als toegift na een concert; Vlucht van de hommel
*uit de opera; Sadko; "Lied van de Hindoekoopman/lied van de Indiase gast";
in deze schitterende aria bezingt de Indiase gast/Hindoekoopman met heel veel liefde de mooie wateren rond India, waarbij Rimsky-Korsakov op briljante wijze het begeleidende kabbelende water componeerde.
Een prachtige studio-opname gezongen door de hier in het westen helaas niet zo bekend geworden Litouwse tenor; Virgilius Noreika;
*Tromboneconcert (gecomponeerd in 1877); voor trombone en blaasorkest, werd geschreven voor een collega-marine-officier. De première van dit soloconcert vond plaats tijdens een garnizoensconcert op 16 maart 1878; **Tromboneconcert I; Allegro vivace, II; Andante cantabile, III; Allegro-allegretto.
*Het feeërieke symfonisch gedicht Sheherazade, Op. 35 (1888, St. Petersburg) is het populairste en meest uitgevoerde werk van Rimsky-Korsakov.
In de 19e eeuw was het in de mode om muziek met een verhaal te componeren, maar tegelijkertijd ook om exotische muziek te schrijven, en dat is hier ook het geval bij Rimsky-Korsakov's Sheherazade, waarin de sfeer en de kleuren van de Duizend-en-een-nacht op een indrukwekkende en zeer beeldende manier door sprookjesachtige beelden worden opgeroepen. Deze kleurrijke partituur wordt dan ook als een absoluut hoogtepunt uit de Russische Romantiek beschouwd.
Hoewel de namen van de delen zijn afgeleid van de originele verhalen uit "Duizend en één nacht", stond Rimsky-Korsakov er altijd op dat de muziek niet bedoeld was als een exacte weergave van een bepaald verhaal of een deel van de verzameling verhalen. Afgezien van het onheilspellende openingsthema (dat de Sultan verbeeldt) en een terugkerende, verleidelijke/kronkelige vioolsolo (die Sheherazade zelf moet suggereren), worden er in het werk dan ook geen karaktermotieven gebruikt. De vier delen waren oorspronkelijk alleen met de tempoaanduidingen en zonder verwijzingen naar de verhalen, maar later heeft Rimsky-Korsakov's leerling Anatoly Ljadov ze dan toch voorzien van passende titels.
Sheherazade; sultan Sjahriaar was er van overtuigd dat alle vrouwen ontrouw waren. Hij besloot daarom zijn vrouwen na eerste huwelijksnacht te vermoorden. De jonge Sheherazade pakt het anders aan; slim als ze is, pakt ze de sultan in met haar verleidingskunsten; ze vertelt de sultan een spannend verhaal dat ze steeds een nacht later afmaakt om daarna direct weer aan een nieuw verhaal te beginnen. Zij put haar verhalen uit wondermooie oude verzen van dichters en volksliederen. De boosaardige sultan vergeet uiteindelijk zijn wrede plan. De beeldschone Sheherazade gaat duizend-en-een nachten door met vertellen. Na die tijd is sultan Sjahriaar van zijn waanzin genezen waarna hij en Sheherazade leven nog lang en gelukkig leefden.
**In de legendarische en bejubelde opname door het Koninklijk Concertgebouw Orkest, met de vioolsoli gespeeld door concertmeester Herman Krebbers, olv hun toenmalige chefdirigent, de Rus Kirill Kondrashin;
Sheherazade, op.35
I; Largo e maestoso - Allegro non troppo; De zee en Sindbad's schip,
II; Lento - Andantino - Allegro molto - Con moto; Het verhaal van prins Kalendar,
III; Andantino quasi allegretto - Pochissimo più mosso — Come prima — Pochissimo più animato; De jonge prins en prinses,
IV; Allegro Molto — Vivo — Allegro non troppo maestoso; Feest in Bagdad-De zee-Scheepswrak-Slot.